In 2030 is zorg voor de Utrechter veel meer in de buurt geregeld. Dit is mogelijk door verbeterde medische technologie en de bijbehorende automatisering. Hierdoor kunnen heel veel simpele en veelvoorkomende zorgtaken in de buurt worden geregeld. De monitoring van kankerpatiënten en andere chronisch zieken gebeurt veel minder via grote gezondheidscentra en meer in de eigen buurt, vertrouwd, met een bekende en vaste hulpverlener. Mantelzorgers worden beter en actiever ondersteund. Een avondje zorgenvrij uit kan bijvoorbeeld makkelijk gepland worden doordat de vergoedingen flexibel zijn geregeld en de zorgbudgetten en zorgindicaties makkelijk zijn aan te passen aan de veranderende situaties van mensen.
Zorgkosten en zelfbeschikking
In 2030 zijn de zorgkosten gestegen. Dat is ook logisch, want Utrechters worden steeds ouder en artsen kunnen veel behandelen en langer een hoge kwaliteit van leven garanderen. De babyboomgeneratie is de grootste groep in zorgvragers. Dat betekent dat de opvolgende generaties in verhouding meer bijdragen aan zorg en er door de focus op preventieve gezondheid steeds minder gebruik van maken.
Deze factoren zorgen ervoor dat de Utrechter 2030 bewuster bezig is met zijn gezondheid, maar ook met de dood. Hij weet dat er goede voorzieningen zijn, zoals levenseindeklinieken, die op ethisch verantwoorde wijze zelfdoding en euthanasie aanbieden. Hij weet dat er ook beperkingen aan de mate van zelfbeschikking zijn gesteld. Ongevaccineerde kinderen mogen bijvoorbeeld niet naar de kinderopvang, speelplekken en onderwijs, tenzij medisch uitgezonderd. Er is, kortom, meer dan genoeg aandacht voor zowel de zorg van de individuele Utrechter 2030 als voor die van de gemeenschap.
Voeding en bewegen
Ook in 2030 zijn er nog genoeg mensen die het moeilijk vinden om gezond te leven. Toch is iedereen zich een stuk bewuster van de gevolgen van ongezonde gewoonten. Voor de Utrechter 2030 krijgen ongezonde keuzes steeds meer concurrentie van gezondere alternatieven. Het aanbod aan gezond fastfood is bijvoorbeeld enorm verbeterd. Deze alternatieven zijn tot ‘s avonds laat te bestellen. Bovendien kost gezonde voeding evenveel als ongezonde voeding. Hierdoor zijn gezonde, verse en gevariëerde maaltijden ook voor mensen met een basisinkomen haalbaar.
Om te bereiken dat aankomende generaties bewust omgaan met voeding worden op scholen verplichte vakken omtrent gezond leven gegeven. De Utrechter 2030 leert hierbij koken en krijgt ook uitleg over diëtetiek en psychologische gezondheid.
Gezonde voeding en diëtetiek spelen ook een belangrijke rol in preventieve gezondheidszorg. Het is volkomen normaal om bij vage klachten een op maat gemaakt voedingsadvies te krijgen. Dit kan de Utrechter 2030 gebruiken in zijn eigen voedingspatroon, of hij kan ervoor kiezen om tijdelijk via op maat gemaakte shakes voedingsstoffen binnen te krijgen. Zo kan hij bijvoorbeeld ook de juiste dosering medicijnen op een betere manier toegediend krijgen.
Interactie met de overheid
Zoals met alle overheids-ict is het digitaliseren van de manier waarop je met overheden praat ook in 2030 nog altijd niet optimaal, maar er is al veel verbeterd. Het DigiD van de Utrechter 2030 is een bruikbaar profiel geworden waarin onder andere zijn medische gegevens zijn opgeslagen. Dit maakt een zorgverzekering op maat mogelijk, die daardoor veel betaalbaarder is geworden. Met het gebruik van slimme algoritmes zijn dingen zoals toeslagen aanvragen en aangifte doen een stuk makkelijker dan voorheen. Dit is bijvoorbeeld erg handig voor zijn vriend, die freelancer is en dus een minder stabiel inkomen heeft. Op basis van slimme data uit zijn DigiD staat hij nooit meer voor verrassingen aan het einde van een fiscaal jaar.
Ook binnen de gemeente is er veel geoptimaliseerd. Door het analyseren van meta-data is er veel bereikt op het gebied van patroonherkenning. Utrechters met een beperking of arbeidsongeschiktheid worden eerder benaderd als het lijkt alsof er problemen ontstaan, zowel op financieel gebied als lichamelijk en psychisch. Hierdoor kan in steeds meer gevallen escalatie voorkomen worden. Dit scheelt op de lange termijn veel geld in zorg- en begeleidingskosten.
Langer leven
In 2030 bestaat het klassieke bejaardenhuis niet meer. Mensen worden steeds gezonder en dus worden ze ook gezonder oud. Daardoor kan de oudere Utrechter 2030 langer thuis wonen. Dat vindt ze heel prettig, maar soms voelt ze zich wel wat eenzaam. Daarom komen er steeds meer woongroepen voor oudere inwoners. Gekscherend worden die ook wel ‘studentenhuizen voor bejaarden’ genoemd. Het verschil met bejaardenhuizen is dat deze woonvormen al veel eerder worden betrokken, waardoor ze gemengd zijn. De Utrechter met kinderen gaat vaak in een generatiewoning wonen, die flexibel in te delen is naar gelang de levensfase. Het handige daaraan is dat mantelzorgen zo heel makkelijk wordt gemaakt, waardoor de zorgkosten beheersbaar blijven. Ook de onzichtbare kosten van eenzaamheid worden voorkomen. De Utrechter 2030 hoeft niet bang te zijn om haar dagen alleen door te brengen.
Zingeving en religie
Nederland onzuilt. Het aantal mensen dat zichzelf als niet-religieus of agnostisch beschouwt is in 2030 groter dan ooit. Maar het wegvallen van de religieuze basis in de opvoeding en sociale cirkel heeft ervoor gezorgd dat zoeken naar zingeving steeds meer aandacht krijgt. Voor sommigen is dit natuurlijk gemakkelijk ingevuld, je kent ze wel, de mensen die leven om te werken, de carrièretijgers die er vol voor gaan. Of natuurlijk die ene voetbalfan, voor wie de club boven alles gaat. Toch heeft een groot gedeelte van de bevolking meer moeite met het vinden van zijn plek in de maatschappij.
We zijn er al op jonge leeftijd druk mee. Op middelbare scholen anno 2030 is de klassieke godsdienstles vervangen door een programma dat je leert bewuste keuzes te maken op het gebied van moraliteit. Ook krijgen jonge Utrechters les in sociale vaardigheden, zoals onderhandelen en debatteren, vanuit een maatschappelijk bewust kader.
In 2030 is duidelijk dat binnen enkele jaren bepaalde beroepen gaan verdwijnen, zoals dat van vrachtwagenchauffeur en sommige metaalbewerkingsspecialismen. Gelukkig is er in 2030 een sociaal vangnet van een basisinkomen voor mensen die dit nodig hebben. Er moet echter ook rekening worden gehouden met de psychische gevolgen van werkloosheid. Dit hebben we in het verleden meegemaakt, toen bijvoorbeeld mijnwerkersdorpen in verval raakten en veel van de ex-mijnwerkers chronisch depressief werden. Dit heeft generaties na dato nog invloed op de gezondheid in die gebieden. In Utrecht 2030 wordt hier veel aandacht aangesteed, wanneer er door automatisering beroepsgroepen verdwijnen of uitdunnen.